Jan van Heeswijk

Koning 1868

Jan van Heeswijk.

Het koningsschild van Jan van Heeswijk valt op door de aantrekkelijke wijze, waarop de H. Willebrordus, onze geloofsverkondiger en beschermheilige, staat afgebeeld. Klaarblijkelijk heeft de zilversmid een goede voorstelling onder zijn ogen gehad. De benutte afbeelding kan geen andere zijn geweest dan de afdruk van

een kopergravure, welke Cornelius Bloemaert graveerde naar een schilderij, die zijn vader, Abraham Bloemaert, had vervaardigd. Jan van Heeswijk was de zoon van Jan van Heeswijk en Johanna van den Brand. Waarmee de jonge Jan in 1868 in zijn bestaan voorzag, zou men kunnen afleiden uit de voorstellingen, welke men aantreft op het middelste gedeelte van het schild. Daar ziet men een woonhuis, dat een karakteristieken voorgevel heeft, waaruit een balk met een paar haken steekt.

Diende deze krammen om er de gilde en standerdvaan in te bevestigen, wanneer de schut teerdag hield? Verder zien we het gereedschap aangebracht, dat kenmerkend was voor een barbier van de oude stijl: scheerbekken, scheermessen, schaar en kam. En dan staan er nog een boom en een paar halve daken, welke schijnen te wijzen op het riet dekkers vak. Van huis uit was Jan geen timmerman, doch hij trouwde met een timmermans dochter Henrica van de Ven. Ze was de dochter van Nicolaas van de Ven, die 92 jaar oud werd, en van Maria van den Boom. Een andere dochter van Nicolaas van de Ven heette Francisca, wier aandenken alhier nog voort leeft onder de naam: Sijntje. Had ze tot de Middeleeuwen behoord, dan zou haar de “vox populi” zalig hebben gesproken. In de tijd, toen het kleuter onderwijs nog in zijn kinderschoenen stond, hield ze bewaarschool bij haar aan huis. Men moet eerbied en bewondering hebben voor de manier, waarop ze de kinderen wist bezig te houden; aangenaam, godsdienstig en nuttig.

Pastoor Maas heeft zeer uit volle overtuiging op haar bidprentje de woorden laten drukken uit de Heilige Schrift: Die velen in de gerechtigheid onderwijzen, zullen blinken als sterren, altoos en eeuwig (Daniel, 12: 3). Sijntje stierf in 1910. Haar zuster Henrica, de vrouw van Jan van Heeswijk, was reeds in 1893 overleden, “Jan van Heeswijk, Koning van St. Willebrordusgilde te Heeswijk, 1868”, zoals beneden op het schild staat gegrift, stierf in 1898, na de leeftijd van 61 jaar te hebben bereikt.